Vouwblad Jozef Robakowski | Bonnefantenmuseum Maastricht | 2014

Vouwblad Jozef Robakowski

Vouwbladen

Vouwblad
Józef Robakowski
Bonnefantenmuseum
Maastricht, 2014
21 x 29,7 cm
4 p

Józef Robakowski (1939, Poznan) is een van de meest geliefde hedendaagse kunstenaars van Polen. En dat is begrijpelijk gezien zijn vele activiteiten en betrokkenheid bij een groot aantal Poolse artistieke bewegingen, initiatieven en publicaties. Zijn artistieke loopbaan wordt al sinds de jaren zestig van de vorige eeuw gekenmerkt door het voortdurend experiment. Eerst door zijn betrokkenheid bij Zero-61, en later onder andere met zijn bijdrage aan de Film Form Studio (Warsztat Formy Filmowej) waarvan hij medeoprichter was. Tegenwoordig woont Robakowski in Lódz. Hij is als professor verbonden aan de Nationale Hogeschool voor Film, Televisie en Theater (PWSFTVIT), hij werkt als curator voor de door hem opgericht Galerie Wymiany en hij is nog steeds actief als kunstenaar en projectkunstenaar.
Zijn eerste experimentele film dateert van 1962. Robakowski behoort daarmee tot de eerste Poolse kunstenaars die met dit medium experimenteerden. Net als Dziga Vertov en andere Constructivisten vóór hem probeerde hij de taal van de film te begrijpen door andere kunstvormen (zoals het verhaal) eruit weg te laten. Sinds de jaren zeventig concentreert zijn werk zich vooral op het ontdekken van de effecten van het medium op de kijker en beschouwt hij kunst als een overdracht van energie. In veel van deze films speelt het licht de hoofdrol; Robakowski verwerpt de figuratieve kunst en lijkt het lichaam van de kijker aan te vallen met lichteffecten zoals pulsen, flitsen en flakkerend licht.

Een groot deel van Robakowski’s werk beweegt zich echter in een andere richting – de observatie: de camera richt zich daarin op de kunstenaar en tegelijkertijd op zijn dagelijkse leefomgeving. Deze films laten zien hoe de kunstenaar de werkelijkheid waarneemt, los van de heersende verteltrant en de draak stekend met de opgelegde waarneming. ‘Vanuit mijn raam’ (1978–1999) is daar een voorbeeld van; de film registreert het dagelijks leven op een pleintje in Lódz, in een deel van de stad dat bekend staat als Manhattan, vanuit het keukenraam van de kunstenaar. Robakowski noemt de namen van de karakters en beschrijft de gebeurtenissen en veranderingen die zich op het plein voordoen. De kijker wordt meegenomen in het geestige en ontwapenende commentaar, dat tot aan het einde van de film doorgaat. Het zicht op het plein wordt ten slotte belemmerd door een muur van een hotel, waarvoor de gemeente in 1998 een bouwvergunning verleende.

Ook al is het geen politiek werk in de gebruikelijke betekenis, ‘Vanuit mijn raam’ heeft onmiskenbaar een politieke dimensie. De video legt de radicale – politieke en sociale – omslag vast die zich op dat moment in Polen voltrok. Tijdens deze periode van 1981 tot 1983 deed de regering vergeefse pogingen de groeiende Solidariteit-beweging te onderdrukken die in 1980 onder leiding van Lech Walesa uit een vakbond was ontstaan en binnen een mum van tijd 9,5 miljoen leden telde – een derde van de Poolse beroepsbevolking. De beweging, die sociale vernieuwing nastreefde, was anti-bureaucratisch en de Communistische Partij had er geen controle over. Uiteindelijk greep de staat in: het oorlogsrecht werd van toepassing verklaard, het land werd aan een militair gezag onderworpen en de bewegingsruimte van de gewone burger werd drastisch ingeperkt. Wanneer de tanks en de geheime politie in de film van Robakowski in beeld verschijnen, verandert de subjectieve observatie van Robakowski in een illegale activiteit.